De marktvorm oligopolie kenmerkt zich door een beperkt aantal aanbieders met een relatief groot marktaandeel. Het aantal aanbieders op een oligopolistische markt is beperkt omdat er hoge toetredingsbarrières zijn. Die toetredingsbarrières kunnen te maken hebben met schaalvoordelen, verzonken kosten en octrooien. Bij een heterogeen oligopolie heeft elke aanbieder een eigen klantenkring en kan de aanbieder binnen zekere grenzen de prijs zelf bepalen. Het bepalen van de prijs is beperkt omdat klanten kunnen overlopen naar de concurrent. Ondernemingen op de marktvorm heterogeen oligopolie houden rekening met elkaars prijzen. Een prijsverhoging door de één kan er toe leiden dat klanten weglopen. De prijzen vertonen daardoor een zekere starheid. Er is sprake van prijsleiderschap als één van de producenten de markt domineert. De andere producenten volgen de prijs van de leider waardoor er een soort niet-aanvalsverdrag bestaat. (bron: lweo.nl)
Het moge duidelijk zijn welke markt hier door de LWEO wordt beschreven. De markt voor economie lesmethodes. Drie uitgeverijen – Malmberg, ThiemeMeulenhoff en LWEO – hebben samen een marktaandeel van zo’n 90%! De toetredingsbarrières zijn enorm: ga maar eens even een lesmethode schrijven… Elke aanbieder heeft een eigen klantenkring: docenten / secties houden vaak en lang (soms tegen wil en dank) vast aan hun bestaande lesmethode. En de prijzen vertonen zeker “een zekere starheid”.
Prijsstarheid
Hoewel de prijslijsten van de grote uitgeverijen lang en soms ondoorgrondelijk zijn, leert een klein marktonderzoek dat een gemiddelde lesmethode economie voor de bovenbouw een school iets meer dan €25,- per leerling per jaar kost (zie ook onderstaande figuur). Hiervan gaat zo’n € 5,- naar de relatief dure digitale ondersteuning in de vorm van antwoorden op de vragen in het boek en een digitale kopie van het boek. Voor de onderbouw liggen de prijzen 30% lager. Verschillen tussen de eerdergenoemde top-3 zijn minimaal.
Het is opvallend dat de prijzen van de zogenaamd vernieuwende digitale lesmethodes van de grote uitgeverijen – het boek in een digitaal jasje, onder het mom van adaptief en gepersonaliseerd leren – op precies hetzelfde niveau liggen. Ook nieuwe partijen als Dedact doen hier aan mee. De investeringen zijn natuurlijk substantieel – vooral het inhuren van externe partijen omdat de uitgeverijen de (technische) kennis en vaardigheden niet zelf in huis hebben – maar de marginale kosten zullen een stuk lager zijn.
Op prijs wordt dus niet geconcurreerd. Maar waarom liggen de prijzen dan tussen de €25 – 30,- per leerling per jaar?
‘Gratis’ schoolboeken
Het kabinet wilde vanaf volgend schooljaar de gratis schoolboeken in het voortgezet onderwijs afschaffen. In het begrotingsakkoord tussen D66, ChristenUnie, SGP en de coalitiepartijen (2013) werd dat plan echter afgeschoten. Studieboeken en lesmateriaal zijn nog steeds gratis voor leerlingen in het voortgezet onderwijs. Elke school ontvangt een bedrag rond de € 300,- per leerling per schooljaar. Scholen zijn verplicht om de aanschaf van schoolboeken Europees aan te besteden. In de praktijk leidt de aanbesteding tot een contract bij leveranciers Iddink of Van Dijk. Deze twee spelers concurreren met een korting op de aanschaf, maar het gebrek aan concurrentie leidt tot steeds lagere kortingen. Iddink en Van Dijk bieden verschillende diensten aan, variërend van het leveren van de boeken (de school regelt de rest zelf) tot volledig uitbesteden.
Grote verschillen tussen scholen
Scholen die kiezen voor de eerste optie houden veelal geld over. Sinds kort worden scholen daarom gekort door het ministerie (een ‘efficiencykorting’ van enkele procenten). Ze merken hier echter weinig van omdat er, als gevolg van andere onderwijsplannen, de laatste tijd veel meer geld beschikbaar is.
Als de school kiest voor volledig uitbesteden, regelen Iddink en Van Dijk alles: het leveren van boeken, het beheer van het boekenfonds, distributie onder leerlingen, financiële administratie, voorraadwaardering, etc. Om deze diensten te kunnen leveren binnen het budget van € 300,- per leerling per jaar, wordt er regelmatig minder kwaliteit geboden. Scholen krijgen bijvoorbeeld tweedehands boeken of er wordt een langere afschrijvingsperiode gehanteerd. Er zijn zelfs gevallen bekend waarbij slechte pagina’s zijn vervangen door inferieur gekopieerde pagina’s. Vaksecties worden uitgeknepen of moeten besparen.
Iedereen blij?
De verschillen zijn dus enorm: de ene school houdt geld over, de andere school heeft moeite om de begroting rond te krijgen. En je zou toch voorzichtig kunnen stellen dat de grote uitgeverijen hier een rol in spelen. Als we voor het gemak uitgaan van tien schoolvakken per leerling per schooljaar (een gemiddelde van de bovenbouw en onderbouw) en €25,- per lesmethode per leerling per jaar, blijft er binnen het budget precies een bedrag over voor het (al dan niet uitbestede) beheer van het boekenfonds. Dat komt alle partijen mooi uit, behalve wellicht de belastingbetaler die uiteindelijk opdraait voor de kosten van de schoolboeken.
Wij gaan het anders doen
Cumulus is een volledige lesmethode in de vorm van visueel aantrekkelijke presentaties, aanvullingen (zoals artikelen, documentaires, kort beeldmateriaal, alternatieve werkvormen), opgaven, begrippen, toetsen, schoolexamens, koppeling met eindtermen uit de syllabus, tips & trucs. Alle lesmaterialen zijn te downloaden en aan te passen door de gebruikers (lees: docenten). Gedurende het jaar wordt de volledige inhoud geactualiseerd, ook op basis van de suggesties van de Cumulus gebruikers.
Cumulus kan op zichzelf staan maar ook als waardevolle uitbreiding op alle bestaande methodes gebruikt worden. Zoals een docent van een testschool op ons blog opmerkte: “Zoals het nu wordt gepresenteerd, kan de huidige methode in de prullenbak en vervangt Cumulus het geheel.”
Financiële ruimte biedt keuzevrijheid
Cumulus stelt docenten in staat zelf aan de slag te gaan met het lesmateriaal. Omdat docenten kritische (en eigenwijze!) professionals zijn, is het niet realistisch om te denken dat wij de enige relevante bron zijn. Wij zien een toekomst waarin docenten vrijer zijn in het selecteren van lesmateriaal en er een actueler en diverser aanbod komt dat beter meebeweegt met de tijdsgeest.
Cumulus is een digitaal product dat in een duidelijke behoefte voorziet: het publiceren, actualiseren en distribueren van hoogwaardig digitaal lesmateriaal. Maar Cumulus is geen eindhalte. Binnen het Nederlands onderwijs is een groeiende behoefte aan digitaal lesmateriaal. Wij zien graag dat docenten zoveel mogelijk uitproberen wat voor hen werkt en met de verschillende initiatieven waardevollere combinaties maken. Waarom zou je Cumulus niet samen met een bestaande printmethode kunnen gebruiken? Een belangrijke reden waarom dit idee vaak afgeschoten wordt, is de prijs. Alleen als er financiële ruimte is voor vaksecties / scholen kan er vrijer gekozen worden voor vernieuwende initiatieven.
Wat betekent dit voor Cumulus?
Cumulus is geen hobby-project van een digi-vaardige docent, zoals er vele online bestaan. Ons kernteam bestaat uit een docent, interactief ontwerper en programmeur. Dit team werkt samen met een grafisch ontwerper, tekstschrijver en een ervaren IT specialist die ons op technisch gebied adviseert. Na lancering van Cumulus economie is dit team verantwoordelijk voor de continue doorontwikkeling en wordt er een redactie van docenten aan het team toegevoegd die de kwaliteit van de inhoud zal garanderen. Vanzelfsprekend moeten de kosten gedekt worden. Cumulus is er voor de lange termijn en zal daarom na de test niet gratis aangeboden blijven worden. Daarmee zou Cumulus eindigen zoals bijvoorbeeld de prijzenswaardige inspanningen van vakvereniging VECON.
Cumulus gaat € 7,- per leerling per jaar kosten
Dit bedrag (incl. btw) noemen we onder voorbehoud. Net zoals alles nog sterk in ontwikkeling is. Wij laten hiermee zien hoe we naar de toekomst van (digitale) lesmethodes kijken en wat voor consequenties dit heeft voor de prijsvorming. Cumulus biedt een compleet en daardoor waardevol product waar een degelijke financiële onderbouwing voor nodig is. Wij kunnen het niet gratis weggeven maar zoals we hierboven beschreven, willen we wel ruimte bieden voor nieuwe keuzes.
We zijn wederom benieuwd naar uw reactie! Reageer onder ‘comments’.
De volgende blogpost gaat in op de (on-)terecht verguisde reputatie van powerpoint.