“Met de leerKRACHT-aanpak leren docenten van elkaar en verbeteren samen het onderwijs, staat het leren van studenten en leerlingen centraal en denken zij mee over het onderwijs, vergroot je het werkplezier van leraren en creëer je meer kansen voor studenten en leerlingen.” (bron: stichting-leerkracht.nl)
De stichting leerKRACHT biedt scholen een programma om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren met behulp van gezamenlijk lesontwerp, lesbezoek en feedback van leerlingen. Het klinkt als een goed programma, geen ‘rocket science’ en iets dat sommige scholen ook al zonder de stichting doen. De slogan van leerKRACHT is sterk: “Elke dag samen een beetje beter”.
De leerKRACHT-aanpak heeft één probleem: het netwerk binnen de school is te klein. Als het gaat om pedagogiek en didactiek zijn er natuurlijk genoeg collega’s (en leerlingen) waarvan geleerd kan worden. Maar als het gaat om vakinhoud (het fundament van ons onderwijs?), is het netwerk binnen de school en de sectie te klein.
Slecht ontwikkelde netwerken
In Het Alternatief II pleiten docenten René Kneyber en Jelmer Evers voor de ontwikkeling van ‘de netwerkleraar’. Volgens Kneyber en Evers heeft “de solistische leraar, die de deur achter zich dichttrekt en zijn lessen geeft, zijn langste tijd gehad. Wie zich wil wapenen tegen een afrekencultuur en een cultuur waarin het leraarschap de speelbal is van de politieke en de publieke opinie zal zich als een professional moeten opstellen.”
“Dat leraren over het algemeen over slecht ontwikkelde netwerken beschikken, is niet per se het gevolg van een gebrek aan het vermogen van individuele actoren, maar vooral een kwestie van een gemankeerde cultuur en structuur: een cultuur waarin het er niet toe doet of je over netwerken beschikt en een structuur die de ontwikkeling van netwerken eerder beperkt dan stimuleert.”, aldus Kneyber en Evers.
Maar hoe begin je een netwerk in het onderwijs? En als het even kan een digitaal netwerk waarbij je op grote schaal ideeën kunt delen. En hoe zorg je er voor dat zo’n netwerk zich blijft ontwikkelen? Dat lesmateriaal en lesideeën gedeeld worden? Dat docenten kunnen profiteren van elkaars kennis? Dat docenten suggesties doen voor kleine en grotere inhoudelijke verbeteringen? Dat docenten bijdragen door het maken van opgaven, toetsen en schoolexamenopgaven? En hoe waarborg je vervolgens de kwaliteit van de inhoud?
De VECON wás in beweging
Onze eigen vakvereniging (de VECON) riep haar leden – na advies van een extern bureau over de toekomst van de vereniging – eind 2014 op: “De VECON is in beweging! Kom ook helpen! Voor de ondersteuning van de vakdidactiek wil de groep ‘Multimediale vakdidactiek’ een format ontwikkelen. We willen de overdracht van kennis en vaardigheden op het grensvlak van vakinhoud, didactiek en technologie optimaliseren. Heb je verstand van het organiseren van uitwisseling van kennis? Zie je het belang van zo’n format en wil je bijdragen aan de ontwikkeling ervan?”
Begin 2015 waarschuwden we de VECON al in een artikel in het Tijdschrift voor het Economisch Onderwijs: “De VECON is op zoek naar docenten die, op vrijwillige basis, meehelpen aan de technische en inhoudelijke ontwikkeling van een online platform. Een heel goed idee, maar ga er maar aan staan naast je lessen, voorbereiding, ouderavonden, rapportvergaderingen, mentorgesprekken…”
Twee jaar later blijkt dat de VECON Kennisbank een verzamelplek is geworden voor inzendingen van de jaarlijkse Peerprijs en een aantal artikelen van Jeroen Hinloopen.
Een netwerk van economie docenten
Cumulus voor de bovenbouw is bezig aan haar eerste schooljaar. De nieuwe lesmethode voor de onderbouw is begin januari verschenen. Meer dan 300 docenten maken gebruik van de gratis demo en de eerste twintig scholen werken met Cumulus als nieuwe lesmethode of aanvulling bij een bestaande lesmethode. En terwijl deze groep ‘early adopters’ natuurlijk nog klein is, zien we de eerste tekenen van de kracht van Cumulus als digitaal netwerk van en voor docenten.
Docenten (en hun leerlingen) downloaden lessen, opgaven en werkboeken en passen deze naar eigen inzicht aan. Maar belangrijker: docenten weten de feedback-knop te vinden en sturen kleine suggesties, voorstellen voor grotere structurele verbeteringen, lesideeën en actuele aanvullingen. Samen met de redactie worden deze suggesties en verbeteringen verwerkt, wekelijks verschijnen er updates aan het lesmateriaal.
Vijf mooie, nieuwe lesideeën voor de onderbouw
Dit zijn vijf voorbeelden van mooie, nieuwe lesideeën die in februari zijn verschenen in Cumulus voor de onderbouw:
1. Te mooi om waar te zijn: naar aanleiding van een artikel in het Financieele Dagblad, een praktische opdracht bij het onderwerp ‘sparen en beleggen’. De leerlingen onderzoeken drie ‘bijzondere’ obligatiebeleggingen. Zijn de beleggingen te mooi om waar te zijn? Sluit ook mooi aan bij de risicojongens.
2. De cijferverzekering: een sterk experiment van Kees Dekker en Rens van Stigt waarbij de leerlingen een verzekering kunnen afsluiten voor de komende toets. Na het experiment kan, in een korte schrijfopdracht, eenvoudig de stap worden gezet naar begrippen als risico-aversie, moral hazard en averechtse selectie.
3. 23 things they don’t tell you about capitalism: het boekje van econoom Ha-Joon Chang staat vol interessante, inhoudelijke perspectieven op bijvoorbeeld marktwerking en protectionisme en is een leestip voor elke docent economie. Nu ook opgenomen in Cumulus bij de lessen over vrijhandel en protectie.
4. Een hypotheek afsluiten: een online opdracht waarbij de leerlingen stapsgewijs onderzoeken wat er komt kijken bij het afsluiten van een hypotheek. Van zoeken op internet tot bijkomende kosten, rentevaste periodes, hypotheekvormen, maximale leenbedragen, internetmakelaars en de de rol van Independer.
5. The European Union Explained: supersnelle en geniale uitleg over de Europese Unie, Schengen, EVA en EER. De verschillende vormen van economische samenwerking die in de video naar voren komen, moeten de leerlingen in de les over de Brexit en EU verder onderzoeken.
Probeer nu de lesmethode gratis!
Deelnemende scholen hebben feilloos door wat de potentie van Cumulus is. Bij een traditionele lesmethode moeten we vijf jaar wachten op een nieuwe druk. Cumulus is continu in ontwikkeling, met hulp van de kennis en kunde van docenten economie in het hele land. “Elke dag samen een beetje beter.” Probeer nu de lesmethode gratis en doe mee!